‘Heeren, vertrekt!’ Een gepast eresaluut aan Roger De Cock.

Flandrien

Deze morgen stonden we op met het nieuws dat de oudste Flandrien niet meer is. Een coureur van  de oude stempel. Een coureur pur sang; één die er zijn hand niet voor omdraaide om zijn eigen reservetube op zijn rug te binden om zo de helleslag van Bordeaux-Parijs aan te vatten.

Hij is 93 geworden. Cockske. Zo wordt hij toch nog steeds in zijn Tielt omschreven. Roger De Cock, de oudste nog levende winnaar van de Ronde van Vlaanderen.

Rust zacht, Cockske.

We twijfelen er geen seconde aan. Het zal hem deugd hebben gedaan om in zijn eigen eindsprint nog zo in de bloemetjes gezet te worden tijdens de expo Heeren, vertrekt in Gent. Zijn ogen blonken nogal terwijl hij uitlegde dat hij elke dag nog in zijn, met – wat nu vintage genoemd wordt – vaalgele behangpapier beklede, slaapkamer op zijn hometrainer zijn dagelijkse kilometers afmaalde.

Cockske is er dan niet meer, maar zijn verhaal wordt met de gepaste trots verteld in Gent.

 


Koers is heroïek

De heroïek van de koers.  Dat is iets. Het afzien op dat stalen ros, het zonder verpinken en niet zelden met bebloede ellebogen en knieën terug rechtkrabbelen en de finish alsnog halen; straf.

Letterlijk uren stonden we al achter nadars langs het parcours van een grote of kleine koers te wachten. Uren, echt waar, tot we uiteindelijk het zweet van de coureurs bij wijze van spreken haast kunnen opsnuiven tijdens die luttele paar seconden dat die mannen aan een helse snelheid voorbij zoeven.

Heerlijk en steeds memorabel.


Koers is religie

Toen er voor de corona heisa een tentoonstelling over die koers opende, moesten we er natuurlijk heen.

Koers is Religie, weet je wel.

En omdat koers religie is, doet de setting van een tentoonstelling over deze helden in de Gentse Sint-Pietersabdij niet vreemd aan, integendeel.


Op café

De expo begint op café, met een goede Kwaremont in de handen. Logisch ook, want koers zonder café en café zonder koers, dat gaat niet. De toon was meteen gezet. We kregen nog net geen fiets onder onze kont gestoken, maar we kregen wel een rugnummer opgespeld. Gek genoeg deed dat wel iets met ons. We werden als het ware, één van hen… als het ware natuurlijk, zonder zelf bloed, zweet en tranen te laten… 😉

Al een geluk dat we geen sprint moesten inzetten maar in alle rust door de tentoonstelling konden laveren.

We konden ook niet anders. Eenmaal de koptelefoon op, werden we van bij het eerste geluidsfragment meegezogen in het wielerwereldje. Pas wanneer we aan het einde van de expo – met spijt in het hart omwille van het einde ervan – de koptelefoon teruggaven, kwamen we terug in de werkelijkheid. Zo innemend !

 


Zelf ontdekken

Veel gaan we er niet over verklappen. Je moet het eigenlijk gewoon zelf ervaren, zelf ondergedompeld worden in de Koers. En geloof ons, ook de verhalen over de struggle van Museeuw, Vandenbroucke en Boonen die Yvan Vanmol in zijn gekende stijl opdist, kan iedereen bekoren. Ook het verhaal van de val van Van Est op de Aubesque (je weet wel: die van ‘mijn hart stond stil, maar mijn Pontiac liep’ ) zorgde voor een van de talrijke aha-erlebnissen. 

Verrassend is dat niet alleen de coureurs zelf centraal staan, maar ook zij die hen altijd door dik en dun steunen: de vrouwen. Enkele verhalen grepen ons echt wel bij de keel.


 

Wat vonden we er zelf van? 

Dit is eigenlijk een vraag die niet gesteld hoeft te worden. Tuurlijk is dit een aanrader. Sterker nog, het is een must!


Het is nog niet gedaan!

Ondertussen kennen jullie ons al wat. We laten geen gelegenheid liggen om iets te bezoeken. Het sprak dan ook voor zich dat we niet alleen de tentoonstelling Heeren, vertrekt, zouden bezoeken maar ook de Sint-Pietersabdij zelf.

Moet je echt ook doen.

De koptelefoon werd ingeruild voor een audiogids en die vertelde ons het verhaal over de abdij op het hoogste punt van Gent, de Blandijnberg. Nee, we kregen geen saaie opsomming van het verleden van de abdij maar we werden meegenomen door monnik Alison die het mysterie rond de dood van Rafaël moest ontcijferen. Tijdens deze zoektocht kwamen we in ruimtes waar we anders misschien niet zouden komen: bij het orgel van de kerk, in achterafkamertjes, de koude kloostergangen, de kasseien van het binnenplein, op de zolder en zelfs in de tuin.

Dit gaf ons onmiddellijk veel zin om ook de andere sites van Historische Huizen in Gent te gaan ontdekken.

 

One thought on “‘Heeren, vertrekt!’ Een gepast eresaluut aan Roger De Cock.

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: