Gewoon van een vakantiebestemming naar huis rijden, is moeilijk voor ons, heel moeilijk. Laat ons maar zeggen, eenvoudigweg onmogelijk.
Het is bijna een sport geworden om ook op de terugweg, dus als iedereen zijn spreekwoordelijke stal al ruikt, toch nog een plekje te vinden om ook op die laatste vakantiedag iets speciaals of iets nieuws ontdekt te hebben.
En zo kwam het dat we op de laatste dag van een van onze Ardennen-vakanties, plots aan de voeten van een gigantische leeuw stonden. Aan de ene kant een gigantisch meer en aan de andere kant een bos doorsneden door een – in vergelijking met het meer – pietluttig kanaaltje.
Daar stonden we dan, aan de stuwdam van het stuwmeer van Gileppe in de provincie Luik. Wisten wij veel dat er in België een echt stuwmeer lag maar ineens bleek dat zelfs het oudste betonnen stuwdammeer in ons landje ligt.
En zo iets ontdekken waar je het niet verwacht heb, maakt ons blij.
Bovendien zijn er weer enkele prachtige anekdotes over deze stuwdam.
Zo is er het feit dat dit stuwmeer, dat vandaag de dag toch een 26 miljoen m³ water bevat en voor niet minder dan 3.3 miljoen kwh zorgt, aangelegd werd om in het midden van de 19de eeuw aan de verzuchtingen van de wol – en lakenhandelaars uit Verviers tegemoet te komen. Voor hun handel hadden ze het kalkarme water van de Vesder echt wel nodig. Zij waren echter niet de enige die dat water nodig hadden; ook de industrie van Eupen deed dit. Maar Eupen lag in het stroomgebied van de uit de Hoge Venen komende stroom eerst zodat Verviers eigenlijk afhankelijk was van de afname van Eupen om te zien wat zij nog konden gebruiken. En van die onzekerheid wilden ze af. Door het aanleggen van dit stuwmeer creëerden ze een enorme buffer zodat de laken – en wolindustrie veilig gesteld werd. Iedereen tevreden. En wat blijkt enkele jaren later… Dat er in Eupen óók een stuwmeer werd aangelegd… Rarara waar zij hun mosterd gehaald zouden hebben.
Ander leuk en ludiek – maar destijds waarschijnlijk controversieel – feit is dat van de gigantische leeuw op de dam.
In tegenstelling tot wat je zou denken, kijkt de 13 meter hoge leeuw niet naar de kant van het meer – dus richting eigen land- , maar kijkt hij richting de Duitse grens die op amper een 10 km daarvandaan ligt. Wat blijkt nu, Leopold II die de dam in 1878 voor open verklaard heeft, heeft dit bewust en moedwillig gedaan. Eigenlijk is deze leeuw een gigantisch grote opgestoken middenvinger van Leopold II naar het toenmalige Pruisen. Je moet maar durven. Il faut le faire.
Tja, het zijn deze kleine en fijne verhalen die een bezoekje aan een meer zo veel mooier maken !
Je kan natuurlijk niet alleen slenteren over de zwaartekracht stuwdam en verwonderd zijn over het technisch kunnen van de mensheid. De natuur rondom deze stuwdam is ronduit prachtig. Je zit tenslotte in Hertogenwald, een overblijfsel van het Ardense Woud uit de tijden van Julius Caesar, en misschien kan een wandeling je wel bekoren. Wij gingen enkel langs de stuwdam naar beneden om daar eventjes over het kanaal te gaan en daarna terug naar boven te gaan. Meer zat er voor ons die keer niet in. We roken onze stal, remember. Ga je voor de Full Option, kan je eens de 15 km rond het meer wandelen.
Wat ook wel aan te raden valt, is om eens in de uitkijktoren bij het restaruant binnen te gaan. Van het uitzicht op 77 m hoogte, kan je enkel maar genieten.
Er zijn er uiteindelijk 4 stuwdammen geworden eh op een rijtje in de Oostkantons: Eupen, Gilippe, Robertville en Butchenbach. Grappig genoeg is de Gilieppe, de gekendste de enige die ik nog niet bezocht heb, ook al rijden we vaak in de buurt langs
bedankt voor de aanvulling, we zetten ze op onze bucketlist voor een andere keer!